Niet alleen hier, maar ook elders: als Nederlandse ziekenhuizen verpleegkundigen uit de Filipijnen halen, heeft dat gevolgen voor de zorg dáár. Alsof onze zieken meer recht op goede zorg hebben dan de zieken in een ander land. Om nog maar niet te spreken over de braindrain die zulke min of meer neokoloniale bewegingen elders teweegbrengen.
Los van de effecten elders, hebben schaarste en de politieke besluitvorming over die schaarste ook altijd weer effect op de morele afbakening van de zorg bij ons. Zo zie je processen die het mensen in principe moeilijker moeten maken om toegang te krijgen tot professionele zorg. Ze moeten het eerst maar eens zelf oplossen. Voor degenen die het kunnen betalen is dat geen probleem. Voor degenen die het niet kunnen betalen en vaker al een slechte gezondheid hebben, is het dat wél. Dat is de ruwe kant van alle mooipraterij en vaagpraat over positieve gezondheid en zelfmanagement.
Tegelijk wordt de professionele zorg zelf feitelijk weer meer uitgekleed. De zoveelste efficiencyslag dreigt de zorg opnieuw functioneler en kaler te maken. Vooral de chronische zorg. Maar niet alleen daar wordt de complexiteit van de zorg feitelijk verwaarloosd en teruggebracht tot een pakket van functionele, eenvoudige taken. Met als onbedoeld gevolg dat het vak weer minder autonoom uitgeoefend kan worden en nog meer wordt ontdaan van zijn persoonlijke, betekenisvolle dimensies. Waardoor ons prachtige vak weer onaantrekkelijker wordt gemaakt voor de jonge mensen en zij-instromers die het zo graag zouden willen uitoefenen. Dat is niet alleen in politiek-economische, maar ook in morele zin onverdraaglijk.
Hopelijk wordt 2023 een kanteljaar waarin we de verpleegkundige schaarste bestrijden door deze zorg echt de waarde toe te kennen die ze verdient. Dat is niet alleen een zaak van de politiek, maar ook van onszelf. En van de beroepsorganisaties. Een Nurses Defence Force vind ik misschien wat veel, maar als V&VN en NU’91 nu eens wat verzonnen. Samen.